(voor Johan Oomen – bij het verstrooien van zijn as op zijn verjaardag)
Geboortegrond
Als bladeren aan een boom,
in de knop, ontplooid,
verkleurd en dan,
geknakt, weer
voedsel voor de boom
zijn wij hier
geboren en getogen.
Hier leerden we lopen en niet
eerder spraken wij dan hier.
Mama, papa.
Jij nam ons op schoot,
nam ons bij de hand en toonde
een wereld: de bomen,
de dieren, het gewas, de lucht.
Het zingen van vogels.
Hier komen wij vandaan en
hier zijn we weggegaan.
Hier zijn we gebleven en
steeds keren we er terug.
Hier ligt ons hart.
Met hart en ziel zeg ik dan,
dit is wat er van je
je rest: wat as,
je nageslacht.
In ons bloed ligt jouw ziel.
Welaan dan – ik laat je gaan.
Ik voed de aarde met jou,
het water, de lucht.
Aan de wind geef ik je mee.
Aan de vogels in hun vlucht.
Behoedzaam leg ik je nu neer
Aan de voet van een boom,
nooit meer dezelfde.
Hier laat ik je maar achter dan.
Ik weet je voorgoed te vinden.
Antony Oomen
12.IV/2012
Amsterdam