Spiegelingen uit de dode hoek
I
In de ogen van de Nederlander geldt de Amerikaan als een welbespraakt maar oppervlakkig wezen. Zwaarlijvig beweegt het zich per auto voort langs fastfoodketens. Omgekeerd ziet de Amerikaan de Nederlander als een horkerige socialist op de fiets die stoned van coffeeshop naar coffeeshop racet.
II
Niet alle mensen zijn gelijk. Aan mensen die niet gelijk zijn aan ons hoeven we geen aandacht te schenken nadat we hebben vastgesteld: de neger is dom en lui, de Arabier geil, gewelddadig en onbetrouwbaar en homo’s even vals als laf. De man is een hitsige hond die vreemdgaat. De vrouw een trouwe multitaskende parttimer die vaak op zwangerschapsverlof gaat. Kijkt zij omhoog, dan ziet zij een glazen plafond.
III
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is vrouw en politicus van VVD-huize. Zij is geen parttimer, kent geen glazen plafond en gelooft niet in het gezondheidbevorderend effect van publiekscampagnes, zoals de Vrij Veilig Campagne, de Campagne Seksuele Gezondheid of campagnes tegen roken, alcohol- en drugsmisbruik. (Verkeersveiligheid valt niet binnen haar portefeuille.) Haar devies: wie niet voor zichzelf kan zorgen is een loser.
IV
Dodehoekongevallen zijn ongevallen waarbij rechts afslaande vrachtauto’s en rechtdoor gaande fietsers zijn betrokken. De laatsten hebben volgens de verkeerswet wel voorrang, maar komen toch vrij vaak als loser onder de wielen van de vrachtwagen tot stilstand. Het zijn in mijn waarneming vaak vrouwen die op deze manier al mulitaskend en mobiel telefonerend aan hun eind komen. (Waarvoor geen statistisch bewijs gevonden.)
V
‘Een loser is iemand die van de maatschappelijke ladder is gevallen, deze ladder is afgedaald of gewoon nooit de moeite heeft genomen haar te beklimmen. Eenmaal op de grond aanbeland worden ze vriendjes met andere losers en beseffen hoe leuk je het kunt hebben als zwaartekracht geen rol speelt. Het is absoluut acceptabel om losers te beledigen; ze kunnen immers niet vallen of zich bezeren.’ (Bron: Urban Dictionary.)
VI
Zij die bij de laatste verkiezingen op minister Schippers heur partij hebben gestemd, deden dit willens en wetens: ze waren bang dat hun hypotheekrenteaftrek gevaar liep. Zij geloofden niet per se in het neoliberale model van marktwerking, noch in het loserdom van de roker, de drinker, de veelvraat, de junk of de hoer. Althans, zo beweren zij. Maar voorrang rechtdoor blijkt ook hun geen veiligheid te bieden voor het rechtsaf slaande monster, dat hen niet heeft opgemerkt en dat zij schromelijk hebben onderschat.
Antony Oomen
11.VII/2011
Amsterdam