Achter Gesloten Deuren, een kerstvertelling in tweets
Elke gelijkenis van personages in deze twitterroman met bestaande personen berust geheel of gedeeltelijk op toeval.
I
’s Nachts is de hoofdingang gesloten. Je moet dan via de Spoedeisende Hulp naar binnen en daar zat nu een nieuwe portier. ‘U kunt hier niet naar binnen, meneer.’
II
Abdel lag sinds zes weken op wat vroeger de aidsafdeling heette van een belangrijk ziekenhuis in de grote stad A. Hij was er zeer slecht aan toe.
III
‘Ik word verwacht. Belt u anders even naar de afdeling.’ Blijven glimlachen, dacht hij verbeten, maar zijn glimlach zag eruit als een grimmige grijns.
IV
Vierentwintig jaar geleden was hij geboren in de Marokkaanse kustplaats E. Op zijn zestiende was het hem gelukt een Hollandse homo te strikken.
V
Zijn hele lichaam trilde in klam zweet. Waar bleef ie nou? Laat ie me stikken? De ironie was dat hij inderdaad was begonnen aan de verstikkingsdood.
VI
Aids bestond niet meer en was veranderd in de reguliere chronische ziekte genaamd hiv-infectie, volgens sommigen de fijnste aller chronische ziekten.
VII
Gangen van een ziekenhuis hebben in de nacht iets geruststellends. Ze zijn leeg, maar niet geheel zonder geluiden. Het licht is er gedempter dan overdag.
VIII
Zijn hele lijf begon te trillen. Hoe deze ‘nieuwe Nederlander’ ertoe te bewegen hem door te laten? Zou het helpen als hij hem wat geld toeschoof?
IX
Zijn longen zaten vol kaposi en sinds een week hoestte hij naar eigen zeggen grote brokken ‘vlees’ op, tot ontsteltenis zelfs van de internist, die zoiets nog nooit had gezien.
X
’s Middags na het bezoekuur was hem te verstaan gegeven dat zijn vriend nog maar zeer kort te leven had. ‘Niet meer dan één week,’ luidde de mokerslag.
XI
‘Nu ben ik niet meer alleen een kutmarokkaan, maar ook nog een kankerhomo.’ Zijn gevoel voor humor was de laatste tijd boosaardiger geworden. Hij begon luid te huilen.
XII
Terwijl hij op zijn knieën zijn best deed de portier te gerieven, kwam er hoog boven hen een einde aan het treurige leven van Abdel el H., wiens lot het was alleen te sterven.
Antony Oomen
18.XII/2012
Amsterdam